De basisingrediënten van schuim zijn twee chemische stoffen: polyol en di-isocyanaat. Als je die twee samenbrengt en mengt met water, dan gebeurt er dit. Het gaat schuimen als een gek. En het verandert van een vloeibare in een vaste stof.
Schuim is een mengsel van gas en vloeistof.
Commercieel schuimrubber is over het algemeen gemaakt van synthetisch rubber, natuurlijk latex of polyurethaan . Latexschuimrubber, gebruikt in matrassen, staat bekend om zijn duurzaamheid. Polyurethaan is een thermohardende polymeer die afkomstig is van een combinatie van methyldi-isocyanaat en polyethyleen en enkele chemische toevoegingen.
Ontstaan schuim
Schuim ontstaat in een mengproces tussen een gas en een vloeistof. Voor het mengproces is energie noodzakelijk. Een voorbeeld is het kloppen van slagroom. Ook kan schuim ontstaan als gevolg van een chemische reactie waarbij een gas vrijkomt.
Grondstoffen. De vijf meest toegepaste grondstoffen waar schuim van gemaakt wordt zijn PU (polyether), PE (polyethyleen), melamine, PVC (polyvinylchloride) en EVA (ethyleen vinyl acetaat).
Natuurlijk latexschuim wordt gemaakt van rubberboomsap , dat ook wel rubberserum wordt genoemd. Nadat het serum is verzameld, geneest de bast van de boom snel. Rubberbomen kunnen tot wel 30 jaar lang latex opleveren. Wanneer de bomen worden gekapt, wordt het land opnieuw beplant.
Bij het mengen, aanbrengen en uitharden van PU-schuim komen verschillende chemicaliën vrij. De belangrijkste en daarmee de gevaarlijkste stof die bij dit proces vrijkomt is isocyanaat. Het is al lang bekend dat bij het maken van polyurethaanschuim giftige stoffen vrijkomen.
Isolatie PUR-schuim bestaat uit polyurethaan. Polyurethaan ontstaat uit de reactie tussen 2 componenten; een isocyanaat en een polyol. Als je al weet dat je allergisch bent voor isocyanaten, kun je PUR-schuim met isocyanaten beter niet zelf aanbrengen.
Schuim bestaat uit drie ingrediënten: water, schuimconcentraat en lucht . Wanneer ze in de juiste verhoudingen worden gemengd, vormen deze drie ingrediënten een homogene schuimdeken. SCHUIMOPLOSSING: Dit is een oplossing van water en schuimconcentraat nadat ze in de juiste verhoudingen zijn gemengd.
De basisingrediënten van schuim zijn twee chemische stoffen: polyol en di-isocyanaat. Als je die twee samenbrengt en mengt met water, dan gebeurt er dit. Het gaat schuimen als een gek. En het verandert van een vloeibare in een vaste stof.
Mensen zijn vaak bekend met polyurethaanschuim als het type schuim dat wordt gebruikt in bankkussens of goedkope "egg crate" matrastoppers. Polyurethaanschuim bestaat voornamelijk uit verbindingen die afkomstig zijn van petrochemicaliën.
Polyetherschuim behoort, net als koudschuim, tot de categorie polyurethaanschuimen, en ontstaat via een polymerisatiereactie tussen polyolen, isocyanaten en water. Het schuim wordt geproduceerd in grote blokken ('slabs') van ca. 2 meter breed en 1,2 meter hoog, en vervolgens versneden naar toepasbare formaten.
Ook op zee laat de lente zich voelen. Daar groeit fytoplankton (microscopische algjes) door de toenemende hoeveelheid licht en voedingsstoffen in het water. Aan onze kust is dat onder andere de schuimalg. Sterven schuimalgen af, dan kunnen ze met duizenden tegelijk aanspoelen op het strand, opgeklopt tot schuim.
Het materiaal PU ontstaat door de polymerisatiereactie tussen een zachte polyol en een hard isocyanaat. Het is een zeer sterk, slijtvast en erg buigzaam materiaal. Wanneer er tijdens het polymerisatieproces gas wordt toegevoegd, gaat het polyurethaan schuimen. Op dat moment ontstaat er PU schuim.
Het vocht dat nog in de schuimpjes zit kan weg, maar het vocht uit de lucht zal niet in de schuimpjes trekken. Dit wordt opgenomen door de taartdoos. Zo blijven je schuimpjes zeker 1-2 weken goed. Bewaar schuimpjes nooit luchtdicht, daar worden ze zacht en taai van.
Over het algemeen bestaat schuim uit de volgende chemicaliën: 40% polyisocyanaten, 10% water en 50% polyol . Polyisocyanaten en polyolen zijn vloeibare polymeren die een exotherme (warmtegenererende) reactie produceren en polyurethaan produceren.
Een ander voorbeeld van een heterogeen mengsel is schuim. Een schuim bestaat uit gasbelletjes die zich in een vloeistof of een vaste stof bevinden.
Polyurethaanschuimen hebben zes hoofdcomponenten: polyolen, diisocyanaten, blaasmiddelen, oppervlakteactieve stoffen, katalysatoren en curatieven (crosslinkers en ketenverlengers) . Het productieproces van polyurethaanschuim kan worden onderverdeeld in de bereiding van het polymeersysteem en het schuimproductieproces.
Bij een juiste toepassing van woningisolatie met gespoten PUR-schuim is het onwaarschijnlijk dat bewoners hiervan nadelige gezondheidseffecten ondervinden. De blootstelling aan gevaarlijke stoffen blijft dan binnen veilige grenzen.
Purschuim een veelzijdig gebruikt middel dat je in elke woning tegenkomt. Het wordt al vele jaren in de bouw gebruikt en wordt daarom ook wel bouwschuim genoemd. Purschuim komt in veel verschillende soorten en wordt gebruikt om naden te dichten, woningen te isoleren, als brandwerende afdichting en nog veel meer.
PU schuim hecht aan bijna alles en is ook in vochtige, vuile ruimtes te gebruiken. Het plakt echter niet aan polyethyleen (PE) waar onder andere vuilniszakken van worden gemaakt.
Tijdens de installatie van MDI-gebaseerd purschuim kunnen schadelijke stoffen vrijkomen, met name tijdens het uitharden. Deze stoffen, zoals isocyanaten, kunnen verschillende klachten veroorzaken: irritatie van ogen, neus en keel. ademhalingsproblemen, zoals hoesten of piepende ademhaling.
Polyurethaanschuim is op zichzelf niet giftig .
Producten met polyurethaan zijn bij normaal gebruik veilig voor baby's, kinderen en volwassenen. Als je wilt weten of polyurethaan voorkomt in een specifiek product, kijk dan op de verpakking of vraag het na bij de producent. In isolatie PUR-schuim zit het isocyanaat MDI.