Parthenogenese bestaat niet alleen bij insecten, maar kan ook voorkomen bij vissen, reptielen en schaaldieren.
De Indische wandelende tak, sommige kevers, beerdiertjes en vele bladluizen, maar ook sommige hagedissen, salamanders en slangen zijn voorbeelden van soorten met maagdelijke voortplanting. Ook bij de komodovaraan schijnt sprake te zijn van parthenogenese en bij de haai is dit waargenomen.
Voor sommige soorten regenwormen, platwormen, schelpdieren en slakken is elk individu zowel vrouwtje als mannetje. De dieren hebben dus zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen. Deze hermafrodieten bevruchten meestal niet zichzelf, maar wisselen zaadcellen uit tijdens het paren.
Bevruchting die buiten het lichaam plaatsvindt, noem je uitwendige bevruchting. Dit gebeurt bijvoorbeeld in het water bij vissen en en kikkers.
Externe bemesting
De afgifte van het voortplantingsmateriaal kan worden veroorzaakt door de watertemperatuur of de lengte van het daglicht. Bijna alle vissen paaien, net als schaaldieren (zoals krabben en garnalen), weekdieren (zoals oesters), inktvissen en stekelhuidigen (zoals zee-egels en zeekomkommers) .
"Parthenogenese is een vorm van voortplanting waarbij een vrouwtje een nakomeling voortbrengt zonder dat er een mannetje aan te pas komt", legt Ann Vanreusel, professor in de mariene biologie aan de Universiteit Gent uit in De Wereld Vandaag op Radio 1. "Het vrouwtje laat zelf een eicel tot ontwikkeling komen.
Dat blijkt onderzoek van de Universiteit van Sydney, meldt de wetenschapssite Phys.org. Zeepaardjes zijn de enige diersoort waarbij het mannetje verantwoordelijk is voor de zwangerschap.
Als een leeuwin en een tijger paren, heet hun telg een teeuw (tigon in het Engels). Teeuwen zijn naar verluidt een stuk zeldzamer dan lijgers en mogelijk ook minder populair in dierentuinen, omdat ze veel kleiner zijn.
Antwoord. Neen, dit is niet mogelijk. De hond en de kat hebben als enige kenmerken gemeen dat het allebei carnivoren (=vleeseters) zijn en dat ze allebei huisdieren zijn. Ze behoren echter tot totaal verschillende diergroepen.
Parthenogenese bestaat niet alleen bij insecten, maar kan ook voorkomen bij vissen, reptielen en schaaldieren.
Sommige dieren, zoals Komodovaranen en haaien, bleken zich voort te planten zonder te paren, een proces dat parthenogenese wordt genoemd. Californische condors, wandelende takken, blinde slangen, tardigrades en sommige vissen hebben dit fenomeen ook vertoond.
Voortplanting Slangen
Slangen leggen, net als alle andere reptielen, eieren na een inwendige bevruchting. Sommige soorten zijn echter eierlevendbarend: de eieren worden inwendig uitgebroed, waarna de jongen levend ter wereld komen. De penis van het mannetje is in tweeën gedeeld.
Parthenogenese komt van nature voor bij sommige planten, algen, ongewervelde diersoorten (waaronder rondwormen, sommige beerdiertjes, watervlooien, sommige schorpioenen, bladluizen, sommige mijten, sommige bijen, sommige Phasmatodea en parasitaire wespen ) en enkele gewervelde dieren, zoals sommige vissen, amfibieën en reptielen.
Vrouwtjes leggen vaak spontaan eieren of baren jongen. Deze jongen zijn meestal ook alleen maar vrouwtjes en zelden mannetjes. Vrouwtjes planten zich niet altijd voort zonder een man, maar meestal met een man, door geslachtelijke voortplanting.
De ernstig bedreigde kleintandzaagvis kan zichzelf klonen, zo blijkt uit een nieuwe studie. Sommige jonge kleintandzaagvissen zijn genetisch gezien een kopie van hun moeder.
Hoewel ze elkaar zelden in het wild ontmoeten, zijn leeuwen en tijgers nog steeds zo nauw verwant dat ze in staat zijn om te kruisen, en in gevangenschap doen ze dat af en toe . Maar succesvolle kruising is de sleutel, en de hybride nakomelingen zijn meestal onvruchtbaar en kortlevend.
De mannelijke lijgers en tigons zijn onvruchtbaar. In het wild zullen ze zelden voorkomen omdat het leefgebied van een leeuw en een tijger alleen in een heel klein gebied in India overlappen. En een solitaire tijgers zal niet snel in contact komen met een groep leeuwen. Een zebra en een ezel maakt een zezel.
Een gaap of scheit is een kruising tussen een geit en een schaap. Een gaap is het jong van een vrouwtjesschaap (ooi) en een geitenbok.
Toch kan het niet gebeuren dat een eicel van een mens ook daadwerkelijk wordt bevrucht door die van een dier. Daar heeft de natuur voor gezorgd. Om de eicel zit namelijk een soort schilletje, en alleen een spermacel van hetzelfde diersoort kan door dat schilletje heen.
Nog een opmerkelijke bevinding is dat een zwangerschap bij de coelacanth ongeveer vijf jaar duurt. De vrouwtjes kunnen pas na hun vijftigste verjaardag paren. Mannelijke coelacanthen zijn geslachtsrijp van hun veertigste tot hun zestigste levensjaar.
Nooit levensvatbaar
Maar om de eicel zit een schilletje, en alleen een zaadcel van dezelfde diersoort kan door dat schilletje heen", legt Curfs uit aan Editie NL. "Een dier en een mens liggen te ver van elkaar vandaan. De eitjes herkennen elkaar simpelweg niet."
Wetenschappers hebben ontdekt dat een krokodil haarzelf zwanger heeft gemaakt. Het vrouwtje creëerde een embryo die genetisch gezien voor 99,9 procent identiek was aan haarzelf. Maagdelijke voortplanting, waarvan de wetenschappelijke naam parthenogenese luidt, komt in het dierenrijk vaker voor.
Parthenogenese (PG) is een ongeslachtelijke voortplanting waarbij een vrouw een embryo kan produceren zonder een eicel met sperma te bevruchten . In het Grieks betekent het de maagdelijke schepping.
Parthenogenese kan op een haploïde of diploïde cel plaatsvinden. Bij haploïde parthenogenese, een zeldzame vorm van parthenogenese die voorkomt bij een paar soorten bijen, nematoden en planten, ontwikkelen nakomelingen zich uit haploïde eieren om haploïde volwassenen te produceren .