De najaarsdip is een bekend en gevreesd fenomeen onder sporters. De dagen worden korter, je energieniveau krimpt (net als de temperaturen) richting het vriespunt en je voelt je van top tot teen moe. Zeker niets abnormaals, maar onverschrokken blijven doortrainen is in dat geval ook niet meteen een goed idee.
Helaas kan verminderde blootstelling aan de zon uw circadiane ritme dramatisch beïnvloeden, waardoor uw lichaam meer melatonine (ook wel het slaaphormoon genoemd) aanmaakt . Het eindresultaat: u voelt zich vaker moe. Minder vitamine D. Zonlicht is een belangrijke bron van vitamine D.
Probeer de ander niet op te vrolijken. Uw naaste voelt zich dan niet begrepen en kan zich daardoor juist nog vervelender gaan voelen. Doe niet alsof de somberheid niet ernstig is. Zeg niet 'het valt wel mee.
Mensen met een depressie hebben vaak een verlaagd vitamine D gehalte. We kunnen een winterdip deels voorkomen door het vitamine D gehalte aan te vullen.
Januari en februari zijn meestal de zwaarste maanden voor mensen met SAD op het noordelijk halfrond. De komst van de lente kan voor hun een echte verademing zijn.
Voor een aantal groepen geldt het advies om het hele jaar door een vitamine D-supplement te gebruiken. kinderen tot 4 jaar, ouderen, zwangeren en mensen met een getinte huid. Maar ook mensen die onvoldoende zonlicht op hun huid krijgen, omdat ze bijvoorbeeld weinig buitenkomen of een sluier dragen.
Op tijd naar bed, op vaste momenten eten en vaste rustmomenten geven houvast.Uit verschillende onderzoeken blijkt dat bewegen helpt tegen een depressie. Ga wandelen of fietsen of kies een sport. Het liefst samen met anderen.
Voor iedereen geldt een aanbevolen dagelijkse hoeveelheid van 10 microgram vitamine D.
productie van serotonine – serotonine is een hormoon dat invloed heeft op uw stemming, eetlust en slaap; een gebrek aan zonlicht kan leiden tot lagere serotoninespiegels, wat verband houdt met depressieve gevoelens .
Een herfstdepressie kun je voorkomen. Een belangrijke oorzaak is dus de afwezigheid van zonlicht, de belangrijkste bron van vitamine D. Het doel is dan ook om ook buiten de zomer genoeg vitamine D binnen te krijgen. Zorg voor zoveel mogelijk daglicht, Ga vooral veel naar buiten.
Beoefen mindfulness en dankbaarheid: De herfst is een seizoen van verandering, wat voor sommigen verontrustend kan zijn. Neem mindfulness-oefeningen op in je dagelijkse routine om geaard te blijven. Dit kan meditatie, diepe ademhalingsoefeningen of gewoon een paar momenten per dag in beslag nemen om dingen op te sommen waar je dankbaar voor bent.
In verschillende onderzoeken heeft lichttherapie gunstige effecten gehad op SAD-symptomen die vergelijkbaar zijn met die van medicatie of CGT. Lage niveaus van vitamine D , veroorzaakt door een lage inname van de vitamine via de voeding of onvoldoende blootstelling aan zonlicht, zijn gevonden bij mensen met SAD.
De resultaten van de meta-analyse laten zien dat toevoegen van vitamine D effectiever is dan een placebo bij het verlichten van depressieve symptomen bij mensen met een depressie. Er waren grote verschillen in de gebruikte vitamine D-doses, maar meestal was het 50-100 microgram per dag.
Hoe werkt het thuis? Lichttherapie werkt met sterk en wit licht.Dit licht is vergelijkbaar met daglicht, maar wel minder fel en het bevat geen UV-straling. Om van uw winterdip af te komen, kunt u het beste eenmaal per dag, het liefst in de ochtend, voor een daglichtlamp gaan zitten.
Uzelf rust en tijd te gunnen. Het helpt niet om tegen de klachten te vechten en om maar door te blijven gaan. Actief te blijven. Beweeg elke dag een half uur en probeer werk op te pakken wat u aankunt.
Veranderend zonlicht
Minder zonlicht betekent minder vitamine D en dus meer vermoeidheid. Tijdens de herfst worden de dagen weer korter. Het wordt steeds vroeger donker waardoor je stukken minder zonlicht ontvangt. Juist dit zonlicht heeft grote invloed op hoe fit je je voelt.
De helft van alle mensen met een depressie is hersteld na een drietal maanden, al dan niet met professionele hulp. Duurt de depressieve periode erg lang of word je sterk beperkt in het aanhouden van je normale dagelijkse bezigheden, roep dan zeker hulp in. Contact opnemen met je huisarts is een goede eerste stap.