Het enige verschil zit in de levering van diensten. Onder retail vallen ook diensten die aan de consument geleverd worden, zoals door een bank of een reisbureau. De detailhandel beperkt zich tot het leveren van fysieke goederen.
Hoewel de term synoniem lijkt te staan aan de detailhandel is dit niet geheel juist. Retail is een ruimer begrip waar ook diensten onder vallen zoals banken en reisbureaus. In de detailhandel worden louter fysieke goederen geleverd.
Retail is de verkoop van goederen of diensten van een bedrijf rechtstreeks aan een consument voor hun gebruik. Het kan hierbij om fysieke winkels, online winkels en mobiele winkels gaan. Detailhandelaren variëren van grote warenhuizen tot kleine, onafhankelijke bedrijven.
Beschrijving. Detailhandel staat voor de leveranciers van fysieke goederen die bestemd zijn voor persoonlijk gebruik aan consumenten. Deze sector kan worden onderverdeeld in diverse branches waaronder kleding, levensmiddelen, meubilair etc. Het is de laatste schakel in de keten van grondstof tot aan de eindconsument.
Niet-detailhandel is alle retail waar diensten aan consumenten worden verkocht. Voorbeelden zijn restaurants, musea, kappers en uitzendbureaus. Het ging met name om de branche Cultuur en Ontspanning, maar ook in de branches Ambacht en Horeca werden in 2020 nog meer panden in gebruik genomen.
Onder de detailhandel vallen onder meer supermarkten, benzinestations, kledingwinkels, webshops, dierenspeciaalzaken en markthandel.
Niet-detailhandel is een instelling of voorziening die zich richt op particuliere, commerciële, religieuze of overheidsdoeleinden, anders dan het verkopen van goederen en diensten aan de eindconsument .
detailhandel (zn) : middenstand, kleinhandel.
In de detailhandel gaat het om de verkoop van producten. Bijna de helft van alle winkels verkoopt voeding. Het gaat vooral om supermarkten. Ook zijn er speciaalzaken zoals bakkers, slagers, groentezaken, visboeren, kaaswinkels, reformwinkels en andere (biologische) voedingswinkels.
Etymologie. Het woord retail komt van het Oud-Franse werkwoord retaillier, wat "vormen door snijden" betekent (ca. 1365). Het werd voor het eerst geregistreerd als zelfstandig naamwoord in 1433 met de betekenis van "een verkoop in kleine hoeveelheden" van het Middel-Franse werkwoord retailler dat "een afgesneden stuk, versnipperd, schroot, schillen" betekent.
Retail is per definitie de verkoop van goederen of diensten van een bedrijf aan een consument voor eigen gebruik . Een retailtransactie handelt over kleine hoeveelheden goederen, terwijl groothandel handelt over de aankoop van goederen op grote schaal.
Ook dienstverlening hoort tot de detailhandel. Kapsalons, reisbureaus, uitzendbureaus en bijvoorbeeld makelaars, verkopen allemaal services die niet fysiek tastbaar zijn, maar wel onder detailhandel vallen.
Ondernemer detailhandel is een MBO-beroepsopleiding op het hoogste niveau. Dit betekent dat je na het behalen van het diploma onder bepaalde voorwaarden kunt doorstromen naar het HBO-onderwijs. Bijvoorbeeld naar HBO Commerciële economie of HBO Small business en retailmanagement.
Kappers zijn een bijzondere beroepsgroep: we behoren tot het zogenaamde winkelambacht. In de eerste plaats zijn we een ambacht (het kappersambacht: knippen, kleuren, etc), maar we hebben bijna altijd ook een winkel met een detailhandelscomponent (productverkoop: shampoo, gel).
Detailhandel of kleinhandel is het leveren van fysieke goederen voor persoonlijk gebruik aan de consument. Het is een sector die bestaat uit verschillende branches (zoals de levensmiddelenbranche, de modebranche, de woonbranche enz.).
Antoniemen: groothandel . het verkopen van goederen aan handelaren; meestal in grote hoeveelheden voor wederverkoop aan consumenten.
De supermarktbranche is een van de grootste categorieën binnen retail.
Detailhandelssector
De detailhandel bestaat uit alle bedrijven die goederen en diensten aan consumenten verkopen . Er zijn wereldwijd veel verschillende detailhandelsverkopen en winkeltypen, waaronder supermarkten, gemakswinkels, discountwinkels, onafhankelijke winkels, warenhuizen, doe-het-zelfzaken, elektrische winkels en speciaalzaken.
Voorbeeld: Detailhandel: Een supermarkt of boetiek waar klanten producten fysiek kopen. Retail: Dit omvat ook online marktplaatsen zoals Amazon of Bol.com.
Eigenlijk alle winkels die producten verkopen aan consumenten, oftewel, niet-zakelijke klanten. Denk dus aan supermarkten, maar ook aan drogisterijen, kledingwinkels en bouwmarkten.
Omdat detailhandelsconcepten steeds meer bestaan uit een combinatie van de verkoop van goederen en diensten, wordt in bredere zin ook de term retail gebruikt.
Niet voor detailhandel betekent een product dat uitsluitend wordt verkocht aan bedrijven die goederen of grondstoffen produceren of construeren, of dat uitsluitend wordt verkocht aan houders van een commerciële licentie, zoals een elektricien .
Het non-store distributiekanaal kan worden onderverdeeld in directe verkoop (off-premises verkoop) en verkoop op afstand , waarbij de laatste alle vormen van elektronische handel omvat. Verkoop op afstand omvat postorder, catalogusverkoop, telefonische verkoop en geautomatiseerde verkoop.