Een steekproef is de specifieke subgroep die je daadwerkelijk onderzoekt en waarvoor je data verzamelt. De steekproef is altijd kleiner dan de populatie zelf, omdat je maar een deel van de populatie onderzoekt. Bij wetenschappelijk onderzoek bestaat een populatie niet altijd uit mensen.
Bijgewerkt op 23 januari 2023 door Julia Merkus. Een steekproef is een selectie uit een totale groep of populatie. In een kwantitatief onderzoek gebruik je een steekproef om data te verzamelen over een populatie, zonder de hele populatie te hoeven onderzoeken.
Bij een 95% betrouwbaarheidsinterval is de kans op een steekproef zonder fouten voor populatieproporties buiten het interval kleiner dan 5% (en analoog voor andere percentages). Waarden voor P buiten het interval verwerpen we in dat geval als niet plausibel.
Je deelt de populatiegrootte door de steekproefgrootte (N / n = k) en selecteert bijvoorbeeld elke ke persoon. Als de populatie 1000 mensen telt, en je wilt een steekproef van 100, dan selecteer je dus elke tiende persoon uit het bestand.
Een steekproef of monster, een begrip in de statistiek, of trekking in de kansrekening, is een selectie uit een totale populatie ten behoeve van een meting van bepaalde eigenschappen van die populatie.
Sampling Distributions (Steekproevenverdelingen)
Iedere beschrijvende waarde (statistiek of statistic) van een aselekte steekproef of een gerandomiseerd experiment is een schatting van daarmee samenhangende beschrijvende waarde (parameter) in een populatie en kan variëren in waarde.
Een steekproef moet aselect zijn. Dit houdt in dat uit een populatie willekeurig personen worden gekozen om te onderzoeken. Met andere woorden: een steekproef is aselect wanneer ieder lid van de populatie een even grote kans heeft om in het onderzoek te worden meegenomen.
Doorgaans gebruik je geen steekproef als je kwalitatief onderzoek verricht. Ook gebruik je nooit een steekproef als je onderzoekspopulatie zo klein is dat je simpelweg alle personen die hiertoe behoren kunt ondervragen. Dit is mede afhankelijk van je onderzoeksmethode.
Als je bijvoorbeeld een betrouwbaarheidsinterval met een betrouwbaarheidsniveau van 95% kiest, betekent dit dat je ervan overtuigd bent dat de schatting 95 van de 100 keer tussen de bovenste en onderste waarden van het betrouwbaarheidsinterval zal vallen.
Er zijn verschillende manieren om de steekproefgrootte te berekenen, afhankelijk van het onderzoeksdoel en de grootte van de populatie (de grotere groep waaruit de steekproef wordt gekozen). Hieronder staan een paar veelgebruikte methoden: De formule voor de steekproefomvang: N = (Z^2 * p * (1-p)) / E^2.
Het gemiddelde van een steekproef wordt het steekproefgemiddelde x ˉ \bar x xˉ genoemd. Het is niet zeker of het steekproefgemiddelde een goede schatting is van het populatiegemiddelde, omdat er door de rol van het toeval altijd variatie optreedt.
Stel dat je de lengte van 50 planten hebt gemeten en het gemiddelde is 30 cm met een standaarddeviatie van 2 cm. Het 95% betrouwbaarheidsinterval zou dan als volgt worden berekend: Gemiddelde = 30 cm, standaarddeviatie = 2 cm.Kritieke waarde = 1,96 (voor een tweezijdige toets met 95% betrouwbaarheid).
Je kunt slechts een deel van de populatie ondervragen. Dit deel van de populatie, de groep mensen die je enquête uiteindelijk invult, vormt je steekproef. Onderzoeken met behulp van een steekproef bespaart tijd en geld en geeft een betrouwbaar resultaat indien de steekproef representatief is en groot genoeg.
Een steekproef representeert de populatie. Dit betekent dat hoe groter een populatie wordt, hoe groter de steekproef wordt. Een te kleine steekproef representeert of vertegenwoordigt de populatie niet goed, waardoor er een mogelijkheid ontstaat dat de betrouwbaarheid van het onderzoek niet genoeg toereikend is.
De verschillende soorten steekproeven kunnen over het algemeen in twee categorieën worden ingedeeld. De eerste categorie is willekeurige steekproeven en de tweede categorie is representatieve steekproeven. Een willekeurige steekproef bestaat uit willekeurig geselecteerde individuen, zoals de naam al doet vermoeden.
atypische fout - Een afwijking of deviatie die aantoonbaar niet representatief is voor afwijkingen of deviaties in een populatie. De steekproefeenheden kunnen bestaan uit fysieke elementen (zoals cheques op borderellen, creditboekingen op bankafschriften, verkoopfacturen of debiteurensaldi) of uit geldeenheden.
Voor online enquêtes waarbij u geen relatie hebt met de ontvangers, wordt een reactiepercentage van 20-30% als zeer succesvol beschouwd.Een reactiepercentage van 10-15% is een conservatievere en veiligere keuze als u uw populatie niet eerder hebt ondervraagd.
Een vuistregel die je kunt gebruiken is dat bij continue data de steekproef minstens 30 tot 40 moet zijn.Bij discrete data (geheeltallig) moet de steekproefomvang minstens 100 zijn, waarbij er minimaal 5 defecten moeten zijn.
Bij kwalitatief marktonderzoek zijn steekproeven van 12, 15 of 20 respondenten gebruikelijk. Grotere steekproeven zijn een uitzondering. Die kleine steekproeven wekken meestal verbazing.
Doelgerichte steekproef – Een selecte steekproef waarbij het oordeel van de onderzoeker bepaalt welke cases deel uitmaken van de steekproef.
Bij elke normale verdeling gelden de vuistregels, dus ook hier. Dat betekent dat 95% van de steekproefproporties tussen. Een 95%-betrouwbaarheidsinterval wil zeggen dat wanneer je meermaals een grote steekproef neemt uit deze populatie, 95% van de opgestelde intervallen de populatieproportie bevat.
Bij een aselecte steekproef heeft iedereen precies evenveel kans om deelnemer te worden van het onderzoek. Je onderzoekt bijvoorbeeld de mening van alle inwoners van Bos en Lommer over de publieke ruimte. De onderzoeksresultaten zijn dan wel representatief voor de hele populatie.
Om de volgende redenen kun je een steekproef gebruiken: als de omvang van de populatie te groot is om alle elementen te meten. als snelheid gewenst is, waardoor niet de hele populatie onderzocht kan worden. als het te kostbaar is om een groot aantal metingen uit te voeren.
De steekproefgrootte is het aantal voltooide reacties van uw enquête. Het woord steekproef wordt gebruikt omdat de selectie een deel van de mensen (of doelpopulatie) vertegenwoordigt waarvan u de mening of het gedrag wilt weten. U kunt een zogenoemde 'willekeurige steekproef' uitvoeren.