De term Prehistorie wordt gebruikt om de tijd vóór de uitvinding van het schrift mee aan te duiden. Omdat het schrift niet overal op de wereld op dezelfde tijd in gebruik kwam, liep de Prehistorie niet op alle plekken ter wereld gelijktijdig ten einde.
Einde van de prehistorie
De prehistorie eindigt met de komst van de Romeinen in het midden van de 1ste eeuw na Chr. Uit die tijd dateren ook de eerste berichten over Kelten en Germanen in ons land, volkeren die Julius Caesar op zijn veldtochten in het noorden tegenkwam en beschreef.
Het eindpunt van de prehistorie is dan het jaar waarin de oudst bekende én ontcijferde bron is geschreven. Dit kan per cultuur of gebied op aarde verschillen: uit China en Egypte zijn veel oudere geschreven bronnen bekend dan uit West-Europa. De Egyptische hiërogliefen werden echter pas in 1822 ontcijferd.
In landen als Egypte en Soemerië bestond het schrift toen al 3000 jaar. Daardoor eindigt de prehistorie in deze landen ook veel vroeger dan bij ons. Alles wat wij van toen weten, komt door het bekijken van materialen uit die tijd.
De prehistorie bestaat uit drie tijden: de steentijd, de bronstijd en de ijzertijd en eindigt met het begin van de Romeinse tijd. Hoewel het noorden van Nederland nooit tot het Romeinse rijk heeft behoord, laten we de prehistorie wel eindigen met het begin van de Romeinse tijd.
Een enkeling haalde de veertig, maar dat waren uitzonderingen. In de prehistorie gingen mensen schrikbarend vroeg dood. Tot ongeveer 30.000 jaar terug. Toen werd vermoedelijk een deel van de mensheid vijftig jaar oud en was er zelfs een groep die de tachtig of negentig haalde.
De ijzertijd is de laatste periode die we tot de prehistorie rekenen. De ijzertijd volgt op de bronstijd en begint in West-Europa rond 800 v. Chr. In Noord-Nederland zien we de eerste typische ijzertijdvondsten overigens pas rond 600 v.
Die soort heet de Homo habilis (letterlijk: handige mens). 800.000 jaar later, ongeveer 1,7 miljoen jaar geleden, ontwikkelde zich een menssoort die de Homo erectus (letterlijk: rechtopstaande mens) heette. Dat betekent: De rechtopstaande mens.
Het oude Egypte was een beschaving die rond 3300 v. Chr. is ontstaan langs de Nijl. Deze beschaving ging pas ten onder in 332 v. Chr., na de verovering van Egypte door Alexander de Grote.
De predynastieke periode in het Oude Egypte is de periode vóór de geregistreerde geschiedenis, van het paleolithicum tot het neolithicum en de opkomst van de Eerste Dynastie . Algemeen wordt aangenomen dat deze periode de periode beslaat van circa 6000-3150 v.Chr . (hoewel fysiek bewijsmateriaal wijst op een langere geschiedenis).
Ouderen in de prehistorie
Oermensen mochten al heel blij zijn als ze 30 werden. Heel zelden werd iemand 40 jaar. Er ging een hele evolutie aan vooraf, maar doordat de mensheid slimmer werd, bleef men ook langer in leven.
Prehistorie: de tijd zonder geschreven bronnen.Historie: de tijd vanaf dat er geschreven bronnen zijn.
De geschiedenis van de Middeleeuwen gaat over een hele lange tijd, wel 1000 jaar. Daarom verdelen we deze tijd vaak in twee stukken: de vroege Middeleeuwen van 500 tot 1000 na Christus ( tijd van Monniken en Ridders), en de late Middeleeuwen van 1000 tot 1500 na Christus (Tijd van Steden en Staten).
Wanneer de moderne mens precies is ontstaan, is nog altijd onderwerp van discussie. Vast staat dat het een relatief jonge soort is. De oudste fossielen zijn zo'n 130.000 jaar oud, maar er zijn vondsten die suggereren dat de moderne mens misschien al bijna 200.000 jaar geleden in Afrika ontstond.
De oudheid van een beschaving wordt voorafgegaan door de prehistorie, het tijdperk waarin het schrift er nog onbekend is, en soms door de protohistorie als de beschaving al eerder door andere volken beschreven is.
In de vruchtbare sikkel, waar ongeveer 10.000 jaar geleden de landbouw werd uitgevonden, ontstond de Sumerische beschaving (ca. 4500 v. Chr.). Deze wordt als de eerste beschaving ter wereld gezien.
De geschiedenis laat echter zien dat zelfs de machtigste rijken uiteindelijk ten onder gaan. Vanaf ongeveer 1100 v.Chr. raakte Egypte in verval. Hiervoor waren verschillende redenen, waaronder een verlies aan militaire macht, gebrek aan natuurlijke hulpbronnen en politieke conflicten.
Cleopatra VII (69 v. Chr – 30 v. Chr) was koningin van het Oude Egypte. Ze was de laatste farao van de Ptolemaeïsche dynastie, die van 305 v.
Meest gezocht. In het tweede Bijbelboek Exodus wordt de uittocht van het volk Israël uit Egypte beschreven. De Israëlieten, die in Egypte als slaven leefden, vluchtten onder leiding van Mozes weg voor de farao. Zij trokken door de Rode Zee op weg naar het Beloofde Land.
Het Bijbelse antwoord luidt: het Hebreeuws, want dat spraken Adam en Eva in het paradijs. Die opvatting deelt de wetenschap niet. Een beter antwoord is: het Soemerisch. Dat is namelijk de taal van de oudst bewaard gebleven teksten, op kleitabletten van 3200 voor Christus (zie foto).
Alle mensapen hebben grote, met lucht gevulde zakken die aan het spraakkanaal vastzitten: keelzakken. Die grote keelzakken zorgen ervoor dat mensapen laag, luid en indrukwekkend kunnen klinken. Het halve bolletje aan het tongbot zorgt ervoor dat de verbinding tussen het spraakkanaal en de keelzak open blijft.
Gemiddeld werden mensen in deze periode tussen de 30 en 40 jaar oud, met uitschieters die 60 jaar of ouder werden. Net als in de prehistorie was kindersterfte hoog, en veel mensen stierven voor hun vijfde levensjaar.
Oude steentijd
De oudste menselijke bewoners in Nederland waren waarschijnlijk neanderthalers die aan het einde van het Midden-Pleistoceen (0,465-0,128 Ma) en het Laat-Pleistoceen (0,128-0,0115 Ma) in Noordwest-Europa verbleven. De oudst bekende sporen in Nederland dateren uit het Midden-paleolithicum, ca.
De ijzertijd werd in het Middellandse Zeegebied gevolgd door de klassieke oudheid, die duurde van ongeveer de 8e eeuw v.Chr. tot de 6e eeuw n.Chr.