De test wordt het best door een neutrale persoon afgenomen in een rustige en afgesloten ruimte die de hond niet kent. De test omvat proeven, waarbij bepaalde karaktertrekken tot uiting komen: sociale binding met de mens, dominantie of onderwerping, volgzaamheid en gevoeligheid.
De puptester probeert de pup met zich mee te laten lopen. Pups die meteen enthousiast de benen van de puptester volgen vinden het leuk om wat samen met je te doen. Tijdens dit testonderdeel wordt er gekeken hoe makkelijk een pup een sociale binding aangaat met mensen.
Dominante handelingen zoals de pup op zijn rug leggen, in zijn nekvel pakken of zelfs schudden zijn absoluut af te raden. Daardoor vertrouwt de pup u al snel niet meer en denkt hij dat hij zich tegen u moet verdedigen. Zo'n straf komt voor de pup vaak uit het niets, omdat hij zijn 'stoute' gedrag vaak als spel ziet.
Soms houden hondenkwekers de pups wat langer bij zodat ze nog wat meer tijd doorbrengen met hun moeder. Pas vanaf een week of 12 is het karakter van jouw pup duidelijk. Puppy's gedragen zich energiek en zijn gelukkig als ze voldoende tijd hebben doorgebracht met hun moeder en zusjes en broertjes.
Een gezonde pup heeft open en heldere ogen met wit oogwit en zonder slijm of pus in de ooghoeken. De neus mag niet snotterig zijn. De oortjes horen schoon en vrij van zichtbaar oorsmeer te zijn. Ook de anus hoort schoon te zijn en de pup en de omgeving mogen geen tekenen van diarree vertonen.
Er zijn een aantal algemene kenmerken waardoor een pup laat zien dat hij gezond is: attent en actief, stabiel gewicht, stevige ontlasting en een glanzende vacht.
Het lichaam van een gezonde puppy
Alle honden in een nest moeten een vergelijkbare lichaamsconditie hebben: niet te dik of te benig . De vacht van de puppy moet glanzend en schoon zijn, zonder geïrriteerde, rode of kale plekken.
Ik weet dat sommige mensen beweren dat puppy's zich van week tot week anders gedragen, maar ik heb ontdekt dat de eerste test die rond de zevende week wordt uitgevoerd, als de puppy's goed uitgerust zijn, waarschijnlijk het meest nauwkeurig is.
Het is een symbiotische relatie die wordt gekenmerkt door wederzijdse genegenheid, begrip en respect. Honden kiezen hun baas op basis van geur, energie, gedrag en zelfs instinctieve voorkeur. Het eerste contact tussen een hond en een mens kan veel zeggen over de toekomstige relatie tussen beiden.
Tussen 8 weken en 6 maanden heeft jouw pup zich ontwikkeld tot de, volgens veel eigenaren, moeilijkste periode in een hondenleven.
Als u uw pup vrij door het huis laat rondlopen, heeft dat ernstige gevolgen . Uw pup kan niet alleen ongelukjes in zijn badkamer krijgen, wat uw zindelijkheidstrainingsprogramma in de weg staat, maar hij kan ook uw eigendommen vernielen en zichzelf daarbij verwonden.
Wanneer je puppy gedrag vertoont dat je niet als gewenst zou bestempelen, maar dat niemand kwaad doet, is de beste optie om dat gewoon te negeren. En met negeren bedoelen we niet wegdraaien of stoppen wat je aan het doen was, maar echt doen alsof je niet doorhebt dat je puppy iets aan het doen is.
Na 5 tot 7 maanden is het wisselen voltooid, en zal je hij minder vaak bijten. Bijten is heel natuurlijk gedrag: je beestje verkent de wereld met zijn tanden. Zo bijt je pup tijdens het spelen. Zolang hij daarvoor puppyspeelgoed voor gebruikt hoeft dat geen probleem te zijn.
Vooral bij puppy's is het likken een belangrijk deel van het leren over hun omgeving. Dit gedrag kan echter ook aanhouden bij volwassen honden. Ze kunnen likken aan objecten of oppervlakken om meer te leren over hun omgeving, zoals de textuur, smaak of zelfs de temperatuur van een voorwerp.
Tegen de tijd dat een puppy oud genoeg is voor een temperamenttest op 7 tot 8 weken, hebben de ervaringen van de pup in het leven ook invloed gehad op het temperament. Zelfs op deze jonge leeftijd is het niet mogelijk om met absolute zekerheid te zeggen dat een bepaalde eigenschap uitsluitend genetisch is en helemaal niet is aangeleerd .
Zeg tegen je hond dat hij het goed doet, praat met hem, geef hem een brokje. Leer je hond dat dit gedrag is wat je waardeert in plaats van alleen maar te reageren als hij iets niet goed doet in jouw ogen. Mag hij niet op de bank, leer hem dan waar hij wel mag liggen en beloon hem als hij dit doet.
Tekenen dat uw hond u verkiest boven andere mensen
Het zoekt je op als het dier wil spelen . Het bedekt je met likjes en zoekt je knuffels en liefkozingen. Het zit bovenop je of krult zich naast je op de bank, zelfs als er andere mensen naast je zitten.
Verveling: wanneer een pup niet voldoende afleiding heeft, kan het uit verveling overal in gaan bijten. Nieuwsgierigheid: een pup moet de hele wereld om zich heen nog ontdekken. Hierom zal je hondje in verschillende materialen willen bijten en naar bewegende voorwerpen happen.
Het is belangrijk om onderscheid te kunnen maken tussen normaal en angstig hondengedrag, wat vereist dat u bekend bent met het normale gedrag van uw hond. Meestal hebben ontspannen honden ronde, open ogen; gewicht op alle vier de poten; een opgeheven staart; en opgeheven, naar voren gerichte oren .
Introduceren van je puppy aan je andere hond
Begin als het mogelijk is buiten. Op deze manier hebben beide honden de ruimte en kunnen ze afstand houden als ze dat prettig vinden. Idealiter is de eerste ontmoeting kort, fijn en rustig.
aanstaren (recht of van opzij, bij dit laatste is vaak oogwit te zien) gromblaffen, grommen (vaak zie je ook dat het haar op nek of rug overeind gaat staan, dit heet 'borstelen') neus rimpelen. lip optillen, tanden laten zien.
Observeer de nestgenoten in actie .
Als je een assertief huisdier wilt, is dat misschien iets voor jou. Als je een volgzamere vriend wilt, haal de pup dan uit de hoek. Ongeacht hun karakter, zul je ze toch moeten socialiseren en verdere training moeten overwegen.
Corrigeer je pup altijd meteen bij het ongewenste gedrag. Zo kan hij de correctie goed aan het gedrag koppelen. Het heeft geen zin om je pup te straffen voor iets dat hij kapotmaakte tijdens je afwezigheid. Wil je niet dat je pup bedelt terwijl je aan tafel zit, stop hem dan ook nooit stiekem toch wat toe.