verliest zich niet in fantasiespel;houdt zich vast aan rituelen (doet dingen steeds in dezelfde volgorde);houdt zich sterk vast aan regels;kan moeilijk omgaan met veranderingen.
Zorgen. Als je merkt dat je kind je weinig aankijkt, niet graag knuffelt, laat begint met praten, weinig interesse toont in anderen en weinig behoefte heeft om dingen te delen of samen te doen, kan dit wijzen op autisme. Ook kan je kind gevoeliger of juist minder gevoelig zijn voor prikkels zoals licht, geluid of pijn.
Naast repetitief gedrag vertonen kinderen met autisme vaak beperkte interesses. Ze kunnen zich intens richten op specifieke onderwerpen, objecten of activiteiten en moeite hebben met fantasierijk spel of flexibel denken.
Kinderen krijgen de diagnose autisme gemiddeld als ze vijf jaar oud zijn.
Persisterende vuistjes, weinig variatie in het bewegingspatroon, een te lage spierspanning: allemaal zaken die kunnen duiden op een afwijkende motorische ontwikkeling. Zo zijn er nog veel meer signalen om aan de bel te trekken. Kinderen maken na hun geboorte in hoog tempo stappen in hun motorische ontwikkeling.
Overeenkomsten lichte vorm van autisme herkennen
Problemen in de sociale interactie in hun privéleven of werkomgeving. Meer moeite met plotselinge veranderingen. Moeilijk los kunnen laten, scherpe focus en oog voor details. Chaos in het hoofd bij drukte, onrust of veel prikkels.
Autisme bij jonge kinderen
niet reageren op hun naam . oogcontact vermijden. niet glimlachen als je naar ze lacht. erg overstuur raken als ze een bepaalde smaak, geur of geluid niet lekker vinden.
Autistische kinderen spelen anders dan niet-autistische kinderen. Ze houden er vaak van om acties steeds opnieuw te herhalen en objecten op een rij te zetten. Ze spelen meestal liever alleen en vinden het lastig om met anderen aan dezelfde taak te werken.
Een nieuw onderzoek heeft uitgewezen dat sommige kinderen die op jonge leeftijd correct zijn gediagnosticeerd met autismespectrumstoornissen (ASS), symptomen kunnen verliezen naarmate ze ouder worden . Verder onderzoek kan wetenschappers helpen deze verandering te begrijpen en de weg wijzen naar effectievere interventies.
Kinderen met autisme spelen niet zoals andere kinderen. Om met andere kinderen te kunnen spelen, moet een kind kunnen communiceren en sociaal gedrag kunnen begrijpen. Het moet ook verbeelding hebben om de werkelijkheid na te spelen. Gewone kinderen zijn in de ogen van kinderen met autisme vaak onvoorspelbaar.
Overgevoeligheid of juist helemaal niet gevoelig voor pijn, warmte en kou en geluiden. Afwijkende motoriek. Houterig bewegen, veel met de handen zwaaien (praten met de handen). Overmatige gerichtheid op een onderwerp en weinig tot geen belangstelling hebben voor andere onderwerpen.
Geen interesse hebben in communiceren
Communicatie komt bij kinderen met autisme doorgaans niet spontaan tot stand, maar moet continue worden gestimuleerd. Ze praten rond hun derde levensjaar nog erg weinig of niet.
Autisten die moeite hebben met het begrijpen van taal in het algemeen hebben ook moeite met het begrijpen van figuratieve taal in het bijzonder. Autisten die geen beperking hebben in het begrijpen van taal, hebben over het algemeen ook geen moeite met het begrijpen van metaforen, vergelijkingen en andere stijlfiguren.
Als ze boos zijn, dan zijn ze boos. Ze worden helemaal in beslag genomen door dat absolute gevoel. Daardoor zijn ze blind voor andere elementen in hun omgeving, die dat wat ze voelen in een ruimer kader situeren en dus zouden kunnen relativeren. Daardoor hebben ze veel minder controle over hun gevoelens.
Kind & Adolescent Praktijk, 16(4), 16-23. Vanaf welke leeftijd kan autisme worden vastgesteld? Vanaf een leeftijd van 24 maanden is de diagnose ASS betrouwbaar te stellen.
Zo zijn er kinderen die nooit hebben gekropen, en dan 'ineens' gaan lopen of op een driewielertje wegrijden. Houterig bewegingspatroon, met daar tegenover opvallende motorische behendigheden. Bijvoorbeeld: kunnen klimmen en klauteren, maar niet kunnen springen.
Afnemend oogcontact
Onderzoekers hebben ontdekt dat baby's die autismespectrumstoornis (ASS) ontwikkelen, rond de leeftijd van 2 maanden minder oogcontact maken. De afname in oogcontact kan een vroege indicator van autisme zijn.
Mannen met autisme hebben vaker comorbide externaliserende problemen (zoals gedragsproblemen en hyperactiviteit). Vrouwen met autisme hebben vaker comorbide internaliserende problemen (zoals angst en depressie).
Graad 2: je hebt duidelijke problemen door tekorten in de sociale communicatie, interactie en kenmerken op het gebied van HBB (Herhalende gedragspatronen, Beperkte interesses en Beperkte activiteiten). Je kunt moeilijk zelfstandig functioneren en effectieve ondersteuning is nodig.
Mensen met autisme ervaren heftiger wat ze horen, zien, ruiken, proeven en voelen. Ze hebben vaak moeite met veranderingen.Contact maken met andere mensen gaat vaak moeilijk. Autisme is aangeboren.