Praten én luisteren Vertel je collega's wat je van hen verwacht, maar luister ook naar hun wensen en input. Alleen dan leer je waar een ander mee bezig is en waar je samen eventuele knelpunten in het werk kunt wegnemen. Luisteren lijkt eenvoudig, maar in écht aandachtig luisteren naar anderen moet je tijd investeren.
Bij het omgaan en communiceren met collega's is het essentieel om alle moeite te doen om objectief te blijven en te voorkomen dat u in ruzies en kliekjes wordt meegesleurd . Objectief zijn betekent dat u neutraal blijft en niet toestaat dat persoonlijke gevoelens of de invloed van anderen uw oordeel of acties beïnvloeden.
Er zijn vier belangrijke communicatiestijlen: passieve communicatie, agressieve communicatie, passief-agressieve communicatie en assertieve communicatie. Elke communicatiestijl kan verbaal, non-verbaal, of in geschreven vorm worden weergegeven.
Als u de 5 C's van communicatie onder de knie krijgt - duidelijkheid, beknoptheid, samenhang, volledigheid en beleefdheid - kunt u effectiever communiceren.
McKinsey's 7S-model bestaat uit het 7-stappenplan: Significante waarden (shared values), Strategie, Structuur, Systemen, Staf (personeel), Stijl van het management en Sleutelvaardigheden.
Je moet altijd op een respectvolle, beleefde manier met je collega's praten. Zelfs als je het niet met ze eens bent of een lastige discussie hebt, leef dan altijd volgens de gouden regel: behandel ze zoals je zelf behandeld wilt worden. Verhef je stem niet, wees niet onbeleefd en vloek zeker niet.
Contact maken met collega's lukt alleen wanneer jij effectief luistert. Door goed te luisteren, begrijp je wat de ander écht wil overbrengen. Geef je collega dus de volledige aandacht, let op lichaamstaal, laat hem of haar uitpraten en vraag door wanneer je iets niet begrijpt of meer wilt weten.
Stel in het gesprek open en belangstellende vragen, zodat u te weten komt waar het signaal vandaan komt. Vraag de cliënt bijvoorbeeld wat hij of zij ermee bedoelt. Of hij/ zij nadere uitleg kan geven. En hoe anderen in de omgeving op zijn of haar uitspraak reageren.
Het communicatieproces bestaat uit vier hoofdcomponenten. Deze componenten omvatten codering, transmissiemedium, decodering en feedback . Er zijn ook twee andere factoren in het proces, en die twee factoren zijn aanwezig in de vorm van de zender en de ontvanger.
Er zijn verschillende vormen door middel waarvan mensen met elkaar communiceren. We kunnen mondeling communiceren, schriftelijk, digitaal of via de media.
Wat is assertief communiceren eigenlijk? Dit betekent dat je in diverse situaties met respect voor jezelf de communicatie aangaat en handelt naar de normen waarden die je zelf hanteert. Hierbij streef je je rechten na en maakt duidelijk hoe jij wil dat anderen met jou communiceren.
Kenmerken van een goede communicatie zijn: Je gebruikt heldere taal, afgestemd op de ontvanger (denk bijvoorbeeld aan het gebruik van jargon). Je formuleert in korte zinnen. Je staat niet alleen op 'zenden', maar schakelt over op ontvangen als de ander behoefte heeft om iets te zeggen of te vragen.
Communicatiestrategie is onderdeel van het communicatieplan, geeft focus en concentreert zich op de vraag hoe een boodschap bij de doelgroep terecht moet komen om de doelstellingen te bereiken.
Directief zijn in je communicatie heeft te maken met een aantal kernkwaliteiten of persoonskenmerken. Waarschijnlijk past de kernkwaliteit directief bij jou en ben je slagvaardig, besluitvaardig, of doortastend.
Wat zijn de 4 soorten communicatie? De vier soorten communicatie zijn verbale, non-verbale, visuele en schriftelijke communicatie .