De of het lotto? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord lotto? Is het de lotto of het lotto? Of zijn ze allebei goed? De correcte lidwoorden die je voor het woord lotto kunt gebruiken zijn:
Aanwijzend voornaamwoord lotto
Dit of deze lotto:
dit lotto /
deze lotto
Dat of die lotto:
dat lotto /
die lotto
Bezittelijk voornaamwoord lotto
Onze of ons lotto:
onze lotto /
ons lotto
Jouw of jou:
jouw lotto
Elke of elk lotto?Elke lotto /
elk lotto
Gerelateerd aan lotto